Geef een hond met een verleden een toekomst!

Hartworm

Wat is het en waar komt het voor

Hartwormen zijn wormen die zich bij honden (en katten) in het hart en longslagaders kunnen nestelen. Ze worden overgebracht door middel van een muskietensteek in warme landen. In Nederland komt hartworm niet voor maar de parasiet lijkt zich wel steeds verder te verspreiden en hartworminfecties zijn inmiddels al waargenomen tot in Noord-Frankrijk (iets om rekening mee te houden als u uw hond meeneemt op vakantie).

Kunnen AAI-honden hartwormen hebben?

Hartworm is -bij de plaatsen waar AAI-honden vandaan komen- waargenomen bij Griekse honden en honden van het Canarische eiland La Palma. Bij de honden die we vanuit het Turkse Göcek plaatsen is de hartworm tot op heden niet waargenomen.
Honden uit de risicogebieden worden door de AAI-contactpersonen ter plaatse vooraf getest. Vervolgens worden de honden (tot ze in Nederland zijn) maandelijks preventief behandeld met een daarvoor bestemd ontwormingsmiddel zodat ze -tot ze naar Nederland komen- niet meer geïnfecteerd kunnen raken.

Hoe verloopt een besmetting

Hartwormen worden uitsluitend door muskieten overgebracht en kunnen dus niet via bijvoorbeeld bijtwonden of contact met ontlasting op een andere hond worden overgedragen.
Volwassen hartwormen bevinden zich in de longslagaders en bij zware infecties ook in het hart zelf en richten beschadigingen aan op die plaatsen. Soms kunnen ze zelfs doordringen tot in de Vena Cava, de grote holle lichaamsader. De vrouwelijke hartwormen produceren larfjes (microfilaria genoemd) die in het bloed circuleren en tot ruim twee jaar in leven kunnen blijven.
Een muskiet die een besmette hond steekt en bloed opzuigt, kan daarbij microfilaria meenemen. De microfilaria ontwikkelen zich binnen twee tot zes weken in de muskiet tot larfjes die bij een volgende steek weer naar buiten komen en een nieuwe hond kunnen besmetten.
Na de steek duurt het 75 tot 120 dagen voordat de larfjes in de bloedbaan terecht komen en zich naar hart en longen laten vervoeren. Zes-en-een-half tot zeven maanden na de besmettende steek is de hartworm volwassen geworden en kan zelf microfilaria gaan produceren. De volwassen wormen kunnen vijf tot zeven jaar oud worden en kunnen al die tijd dus ook microfilaria produceren.
Een enkele keer ‘verdwalen' de larfjes en nestelen zich op de verkeerde plaats zoals in het oog, in de hersenen of in een beenader. Dit kan in zeldzame gevallen symptomen geven als blindheid, epileptische aanvallen of kreupelheid.

Komt hartworm ook bij katten voor?

Een hartworminfectie kan ook bij katten voorkomen maar zij zijn er veel minder gevoelig voor. De wormen leven in de kat veel minder lang (2-3 jaar) en produceren maar zelden microfilaria. Bij katten verdwijnt de besmetting soms ook vanzelf, waarschijnlijk omdat ze een sterkere afweerreactie vertonen.

Symptomen

De symptomen van een hartwormbesmetting kunnen zijn:

  • lusteloosheid, vermoeidheid
  • minder uithoudingsvermogen
  • hoesten en kuchen (en harder hoesten naarmate de hond zich meer inspant)
  • bloed ophoesten
  • benauwdheid
  • gewichtsverlies
  • flauwvallen

De eerste tekenen van een hartwormbesmetting zijn kuchen en hoesten, vooral na lichamelijke inspanning. In een later stadium kan de hond gewicht verliezen, flauwvallen, bloed ophoesten en uiteindelijk sterven aan hartfalen.
Ook bloedarmoede (door beschadiging van rode bloedcellen en nierbeschadiging), vocht in de longen, een vergrote lever, een vergroot hart en vocht in de buikholte komen voor.
Bij een acuut ziektebeeld kan het gebeuren dat een hond -zonder eerdere tekenen van besmetting- plotseling in shock raakt omdat wormen de Vena Cava (holle lichaamsader) bereikt hebben en het hart tekort schiet in de pompfunctie.
Er zijn vrij veel honden die –ondanks besmet te zijn- geen of weinig tekenen van infectie geven, zelfs nadat de hartwormen volwassen zijn geworden. Deze honden hebben slechts een lichte hartworminfectie en leiden een rustig leven met weinig lichamelijke inspanning. Erg actieve honden en honden met een zwaardere besmetting zullen wel de klassieke symptomen van een hartwormbesmetting laten zien.

Diagnose

Als uw hond uit een risicogebied afkomstig is of mee is geweest op vakantie in een van de zuidelijke landen (denk hierbij ook aan Frankrijk) en klachten heeft die wijzen op een hartaandoening, moet u er op bedacht zijn dat de hond mogelijk met hartwormen besmet is geraakt.
Op röntgenfoto's van de borstholte zijn vaak de verwijde longslagaders al te zien, net als vocht in de longen en een vergroot hart. Met een echografie, het maken van een ECG en bloedonderzoek kan de diagnose met grotere zekerheid gesteld worden.

Voorkomen en behandelen

Een hartwormbesmetting is in principe goed te voorkomen met de daarvoor bestemde middelen (zoals pipetjes Stronghold of het ontwormingsmiddel Milbemax). Als u met de hond op vakantie gaat naar een risicoland begint u de behandeling al voor vertrek en gaat u er mee door tot een maand na thuiskomst.
Zolang de hartworm nog niet volwassen is (dus jonger dan 6-7 maanden), is hij goed te bestrijden met Stronghold of Milbemax. Als de hartwormen eenmaal volwassen zijn en zich in het hart hebben vastgezet, wordt de behandeling lastiger en brengt meer risico's met zich mee.
De volwassen wormen kunnen door middel van injecties gedood worden, maar voordat daarmee begonnen wordt moeten eerst de hart-, lever- en nierfuncties onderzocht worden omdat de behandeling risicovol is. De door de injecties gedode hartwormen kunnen namelijk massaal loslaten, worden meegevoerd door de bloedstroom en vervolgens trombose (afsluiting van bloedvaten) veroorzaken. Bij deze behandeling moet de hond wekenlang rustig worden gehouden, hij mag zich beslist niet inspannen, zodat de dode wormen langzaamaan kunnen worden geabsorbeerd door het lichaam.

In ernstige gevallen kunnen hartwormen operatief verwijderd worden. Zes weken later moeten dan de nog aanwezige larfjes in het bloed onschadelijk worden gemaakt maar dit is een lichte behandeling. Als de hond op deze wijze is behandeld zijn de vooruitzichten verder goed, maar de operatie zelf is behoorlijk risicovol.

Een behandeling met minder risico voor de hond is gedurende de levensduur van de volwassen worm (dus tot zeven jaar) maandelijks te behandelen met een pipetje Stronghold. Hierdoor sterven de steeds opnieuw geproduceerde larfjes. De volwassen wormen sterven in de loop van zeven jaar uiteindelijk een voor een door ouderdom en daardoor is er veel minder risico op trombose dan bij de behandeling met injecties (waarbij de wormen tegelijkertijd doodgaan).


ANBI Stichting

AAI op social media

Stichting AAI op Facebook Stichting AAI op Twitter Stichting AAI op YouTube Stichting AAI op Instagram